Feest!?
Mijn zangvriendin Susanna geeft een feest, ze wordt 50 en niet iedereen die
dat haalt, zegt ze. En zo is dat!
Ze geeft een feest en een concert, een kort recital.
Susanna woont al jaren in de Barndesteeg naast het Bethanien klooster, de sfeervolle concert en feest locatie,
tussen de Nieuwmarkt en de Wallen. Hartje Amsterdam.
Ik pik onze oude zanglerares op die in Zuid woont.
'Ik kom zo snel als ik kan', hoor ik door de intercom. Ruim een kwartier later kunnen we eindelijk vertrekken en geeft ze voortdurend en doorlopend ongewenst commentaar en advies over hoe ik het beste Amsterdam kan doorkruisen richting Nieuwmarkt.
‘Eh… ja, eh.. waar zijn we nou, o,.. eh… ja, het muziektheater, ja... eh,… we moeten richting Nieuwmarkt, eh, verdomme, hoe kom je daar ook weer? O, ja, shit, hier kun je niet verder, Eh… ja…. Verdomme nogesaantoe! Eh,… het is toch bij de Nieuwmarkt? Ja, …eh… hier maar langs, kun je de auto daar wel kwijt, waar is nou verdomme de Barndesteeg?’
'Ik kom zo snel als ik kan', hoor ik door de intercom. Ruim een kwartier later kunnen we eindelijk vertrekken en geeft ze voortdurend en doorlopend ongewenst commentaar en advies over hoe ik het beste Amsterdam kan doorkruisen richting Nieuwmarkt.
‘Eh… ja, eh.. waar zijn we nou, o,.. eh… ja, het muziektheater, ja... eh,… we moeten richting Nieuwmarkt, eh, verdomme, hoe kom je daar ook weer? O, ja, shit, hier kun je niet verder, Eh… ja…. Verdomme nogesaantoe! Eh,… het is toch bij de Nieuwmarkt? Ja, …eh… hier maar langs, kun je de auto daar wel kwijt, waar is nou verdomme de Barndesteeg?’
En dat in een reeks staccatozinnen de
hele weg lang. Na tien minuten wenste ik dat ik nooit had voorgesteld haar op
te halen.
Gelukkig vind ik een plekje voor de auto op de Oudezijds
tussen drommen toeristen en tegenover een seksshop met in de etalage een ‘piel met
vertakkingen’, volgens mijn bemoeizuchtige ‘reisleidster’ .
Moeizaam met stok, en daardoor tergend langzaam, zijn we nog maar net op tijd voor het concert.
Susanna staat al op het podium, klaar om te beginnen, als
wij verspreid op een nog lege stoel een plekje vinden.
Ik zit naast onbekenden, de bloemen en cadeautjes op mijn
schoot. Een beetje onwezenlijk zit ik daar ineens.
Ze draagt een lange jurk met lovertjes in pasteltinten
en korte mouwtjes. Een grote vrouw is ze, een verschijning, een echte ‘Walkure’.
Ze heeft een band in haar lange blonde krullende haar en de rechterarm in een
mitella. Doorschijnend en heel kwetsbaar staat ze daar als ze begint met 'Dank sei dir Herr' van Handel.
Ik was
vergeten hoe mooi haar stem is of misschien wilde ik het niet horen toen we
samen studeerden en zo kritisch waren op alles en iedereen. We zongen
duetten en regelden concertjes, jogden
door het Vondelpark en klepten eindeloos in de sauna. Het lijkt eeuwen lang
geleden en toch ook weer niet
Ik schiet vol van de tekst en de muziek. Zo te beginnen, met
een danklied! Ze doet de mitella af, het zal wel hinderen. Even warrig als
altijd licht ze haar programma toe en de een na de andere highlight klinkt in
de stemmige ruimte. Het Ave Maria voor haar dochter, Brahms liederen met viool,
Richard Straus met viool ‘ Und morgen wird der Sonne wieder scheinen….’.Ondanks
de onvolkomenheden of misschien dankzij, knerpt het door mijn ziel.
‘Visi d’arte, visi d’amore’ Tosca, die leefde voor de kunst
en de liefde.
Ze moet haar arm ondersteunen en beweegt wat moeilijk, maar
staat als een huis, toch ook wel weer. Naast immense ontroering voel ik ook
verbazing en een bijna kregelige verbijstering. Waarom doet ze zichzelf dit
aan? Waarom wil ze dit?
‘Wie sind wir wandermude, ist dies etwa der Tod?’ In tranen
zingt ze het slot van Im Abendroth van R. Strauss’ uit de Vier letzte Lieder.
Het is te veel, ik haak af, sluit me af, krijg het gewoon niet meer voor elkaar. Ik kan hier niet keihard gaan huilen, en dat is wat ik wil. Schreeuwen van
woede om het onrechtvaardige en snikken van verdriet aangewakkerd door dat
krachtige medium muziek, klank, stem en zang. Het gaat veel te diep naar binnen.
Na het applaus loopt ze als een oude vrouw het podium af door
het middenpad naar achter.
Haar ogen zijn zwart doorgelopen, de haarband is naar achter
geschoven, ik zie de kale plek, waar ze de tumor hebben weggehaald en
bestraald. Het schijnt dat de kanker weer aan de randen is terug gekomen. Nog
een chemo te gaan en dan is ze uitbehandeld.
Nee, niet iedereen wordt 50! In de kelder is de disco,
muziek, hapjes, drank, twee taarten met bij elkaar 50 kaarsjes. Susanna blaast
ze uit en doet een wens. Wonderen bestaan toch en waar hoop is is leven? Het
feest kan beginnen!
Marjolein Koetsier, december 2009.