donderdag 6 oktober 2011

‘En een poot van Pleuntje de hond’

Mijn verhouding met viervoeter de hond was al nooit zo uitbundig. Niet dat ik nou echt een hekel heb aan honden. Er zijn best lieve leuke honden natuurlijk. Net zoals er leuke lieve mensen zijn. Misschien is het dan mijn verhouding met de baasjes van de honden. Want eigenlijk kan een hond er ook niks aan doen, dat hij zijn behoefte doet op het gras van het plantsoen.( Nee, jullie kunnen daar niet spelen, nee niet in het gras. Oh shit, te laat, het zit al aan je schoen en ook aan je broek? He gatver, en je bent net zindelijk, shit ja!) En dat ze aan je kruis ruiken wat ze anders nooit doen hoor, natuurlijk niet, of naar je toe rennen en met hun vieze poten tegen je pas gewassen witte broek aan springen. ( Ach, wat is het ook een enthousiast beest, je bent toch niet bang voor honden? ) En dat je ergens binnen komt en moet kokhalzen van de stinkende natte hondengeur. Of dat ze door het bos rennen, waar ze aangelijnd moeten, en dat je daardoor geen konijn of hert meer ziet. Nee, daar kunnen die beesten niks aan doen. En is dat nou allemaal zo erg? Wat kan een hond niet betekenen voor een mens?  Je krijgt er zoveel voor terug! Mensen kunnen zoveel hebben aan hun trouwe brave metgezel. De liefde voor hun hond is grenzeloos en blind bij sommige mensen.
Een kennis van me was gevallen met de fiets. Heup gebroken, een heel lastige fractuur, kniebanden gescheurd, ook nog, en de enkel was dik. Na zeven weken liep ze pas voorzichtig met krukken of als een stumper te schuifelen achter de rollator. En wat er verder liep, liep in het honderd. Haar werk, het huishouden, de kinderen, het halen, brengen. Nee, dat was andere koek dan een beetje aangekoekte shit op een kinderbroekje.  Er stond een bed in de kamer, ze moest zich wassen bij het aanrecht in de keuken of douchen bij iemand met een badkamer op de begane grond. Maar ze zeurde niet, dat schoot toch niet op.
En hoe was het nou eigenlijk gebeurd? Van de fiets vallen?! Ze was toch nog geen oud wijf? Nou, nee, een ongelukje. Mooie dag in het bos, druk met fietsers en wandelaars, en…. hoe kan het ook anders, hun trouwe niet aangelijnde viervoeters. Ineens besloot zo’n malloot van een hondenbezitter in al die drukte de illegaal loslopende hond terug te fluiten. Ja, wat doet zo’n beest dan? Rennen, heerlijk rennen natuurlijk, in volle vaart zo van achter de struiken het fietspad op, tegen het voorwiel van de spieksplinter nieuwe fiets van mijn kennis. Baf, daar lag ze, te schreeuwen van de pijn. Ik heb nog nooit zo gevloekt, zei ze verontschuldigend. Maar de bazin van de hond was reuze aardig en behulpzaam, oh, zeker absoluut. Ze stuurde zelfs na een week een kaartje naar het ziekenhuis, ach, dat was echt lief! Een kaart met zonnebloemen er op en troostende woorden, met een groet ‘en een poot van Pleuntje de hond’. Stond er ook nog! Zo attent!
Mijn verhouding met viervoeter de hond kreeg acuut een doodklap, maar bij nader inzien, kan het beest er ook niks aan doen dat hij een zodanig oliedom, gevoelloos, stupide, tactloos, grenzeloos verblind vrouwtje heeft.
Wat moet je in godsnaam met een poot van Pleuntje de hond als je eigen poot door toedoen van die zelfde hond in barrels ligt. En dat het vrouwtje van die hond niet aanvoelt dat je zoiets dan niet schrijft. Dat dat misschien niet helemaal goed zou kunnen vallen!  Of op zijn minst de wenkbrauwen doet optrekken in het beste geval, bij een aardige pechvogel als mijn kennis.
Maar, als de hond er nou niks aan kan doen, hoe moet het dan met mijn verhouding met tweevoeter de mens??